Involtini van kippenborstfilet met gegratineerde koolroosjes

 Leg de kippenborstfilets naast elkaar op een bord, dek ze af en laat ze 3 uur ontdooien op kamertemperatuur (in de koelkast ongeveer 6 uur). Verdeel de groenten op een groot bord en laat ook ontdooien.

 Dep de ontdooide kipfilets droog, steek ze vervolgens in diepvrieszakjes en sla ze plat. Was de salie, schud droog en haal de blaadjes van de steel. Voeg de steel later eventueel toe aan de saus voor extra smaak. Pel de sjalotjes en hak ze fijn. Kruid de filets op één kant met peper en verdeel de salieblaadjes erover. Leg de plakjes ham op de kipfilets en rol stevig op. Maak de rollades vast met tandenstokers, metalen spiesjes of keukengaren. Verwarm de oven voor op 200°C (boven-/onderwarmte, 180 °C heteluchtoven).

 Vet een ovenschaal in met boter en verdeel er de bloemkool-, broccoli- en romanescoroosjes in. Rasp de kaas. Breng de helft van de kippenbouillon aan de kook met de room en zet vervolgens het vuur lager. Voeg de helft van de geraspte kaas toe en laat al roerend smelten. Kruid af met peper en zout. Giet de saus over de groenten, strooi de rest van de kaas erover en laat alles ongeveer 30 minuten garen in de oven.

 Bak ondertussen de involtini rondom in hete olie in een grote pan. Voeg de fijngehakte sjalotjes toe en bak ze lichtbruin. Blus met de marsala en de rest van de kippenbouillon, zet het deksel erop en laat nog 20 minuten sudderen op middelhoog vuur.

 Haal de rollades uit de fond, wikkel ze in aluminiumfolie en zet nog even opzij. Passeer de fond met een fijne zeef, breng opnieuw aan de kook en laat wat inkoken. Snij de involtini in dikke schijven en dien op met de saus en gegratineerde koolroosjes.