Puntpaprika met erwten, mais en bloemkoolroosjes

 Spoel de gierst grondig in een zeef met lopend water, tot het water helder blijft. Verhit 2 el olijfolie in een kookpot op middelhoog vuur, en fruit de uienblokjes en knoflook. Voeg de uitgelekte gierst toe, roer en voeg water toe tot ongeveer 3 cm boven de gierst. Voeg zout toe, laat opkoken en zet vervolgens het vuur uit. Laat de gierst ongeveer 12 à 15 minuten wellen op de uitgeschakelde hittebron.

 Breng ondertussen lichtgezouten water met de suiker aan de kook. Voeg de erwten toe en breng opnieuw aan de kook, laat vervolgens ongeveer 6 minuten op middelhoog vuur zachtjes gaarkoken met het deksel. Giet de erwten af en voeg ze toe aan de gierst. Breng in dezelfde kookpot lichtgezouten water aan de kook, voeg de bloemkoolroosjes toe en breng opnieuw aan de kook. Laat ongeveer 10 minuten garen op middelhoog vuur met het deksel. Snij de bloemkoolroosjes vervolgens in kleinere stukken, voeg ze ook toe aan de gierst. De mais hoeft enkel wat te worden verwarmd in wat water, voeg daarna ook toe aan de gierst en roer alles goed onder elkaar. Voeg 1 à 2 el olijfolie en de kruiden toe, breng goed op smaak.

 Warm de oven voor op 200 °C (boven-/onderwarmte, 180 °C heteluchtoven). Was de paprika’s en snij de bovenkant eraf, of snij ze voorzichtig in de lente in tweeën, en verwijder de steel en de zaden. Vul ze met de gierst-groentemengeling en strooi er rijkelijk feta over. Zet of leg de paprika’s naast elkaar in een ingeoliede ovenschaal en laat ze 20 à 25 gratineren in het midden van de voorverwarmde oven. Zet op het einde nog even de grillfunctie aan. Werk af met wat pesto en dien op.